Kerk

Oorspronkelijk was er een parochie voor Uitbergen en Overmere met de hoofdkerk in Uitbergen en enkel een kapel in Overmere. Vermoedelijk kreeg deze kapel in het begin van de dertiende eeuw de rang van parochiekerk.

De oude kerk, aanvankelijk onder het bisdom Doomik, nadien onder Gent, was toegewijd aan O.L. Vrouw-Hemelvaart. Uit een Gentse schepenakte blijkt zij te dateren uit de eerste helft van de veertiende eeuw. Zij bestond uit een centrale middenbeuk en twee kleinere zijbeuken met in het midden een gotische achthoekige toren. Jan/Joannes van den Berghe was pastoor van 1833 tot 1871.

Brand van de kerk in 1862 door Albert Matthijs


De 13de eeuwse romaanse kerk brandde af in de nacht van 1 op 2 november 1862

De bijliggende tekening toont de grondplannen van de oude kerk en kerkplein bij de verwoestende brand in de nacht van 1 op 2 november 1862. Merk de totaal andere inplanting van het gebouw van West Noordwest naar Oost Zuidoost,

Na de brand werden vlug plannen gemaakt om een nieuwe kerk te bouwen. Die zou in een andere richting gebouwd worden met het altaar in het Noorden en de kerktoren in het Zuiden. Het kerkhof was traditioneel rond de kerk gelegen. Om de nieuwe plannen te realiseren moest het kerkhof verplaatst worden. Grond werd aangekocht door het gemeentebestuur en het nieuwe kerkhof aangelegd op de huidige plaats ten Westen van de nieuwe kerk. De begraafplaats werd ingewijd op 5 april 1864. 

Bij de verplaatsing van het oorlogsmonument links voor de kerk in 2003 moest diep worden gegraven om dit monument te kunnen verschuiven. Tongen beweren dat dit voor jonge Metalhead fans uit Overmere een schatkamer aan schedels opleverde die 's nachts konden buitgemaakt worden. Vijftig jaar geleden had je daar de medeplichtigheid voor nodig van Jean Verschraegen, de toenmalige grafdelver om je anatomielessen in te oefenen of jonge beeldende kunstenaars materiaal te bezorgen voor hun anatomische oefeningen.

Hierbij vindt U ook de plannen na de herbouw van de kerk in 1866. De nieuwe zondagsschool die later de Kring zou worden, werd gebouwd door het gemeentebestuur onder burgemeesterschap van Lieven Bernard De Beule en was klaar in 1872. Lieven Berna(a)rd De Beule was burgemeester van 1848 tot 1877. De kring was toen eigendom geworden van de gemeente, stond langs de Kerkstraat en was door een klein parkje met dennenbomen gescheiden van de kerk.

In 1913-14 werd de kring met het terrein door de gemeente verkocht aan de parochie en herbouwd maar nu niet langer parallel met de Kerkstraat maar parallel met de weg Gent-Dendermonde.

De afgebrande kerk werd vervangen door de driebeukige neogotische Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaartkerk, gebouwd in de periode van 1864 - 1866, met ingebouwde westertoren en klein transept. Ingenieur-Architect was Gentenaar Theophiel Bureau. Deze werd door Mgr. Hendrik-Frans Bracq werd ingewijd op 10 september 1866. Het gebouw werd in 1970 - 1972 gerestaureerd door architect Fernand Weyers uit St. Niklaas.

De nieuwe kerk was voor het eerst in gebruik op 28 juni 1866. De realisatie van dit gebouw duurde dus minder dan 3 jaar en 8 maanden.

Meubilair

Het meubilair is eveneens neogotisch. J.B. Biesbroeck uit Gent maakte de altaren in 1868, de communiebank dateert van 1869 en twee beelden. Zijn Duitse stadsgenoot Matthias Zens maakte het koorgestoelte en de kansel in 1874 en wellicht de twee laat-19de eeuwse biechtstoelen.

Details uit het beeldhouwwerk hoofaltaar: gebeeldhouwd, verguld, polychroom geschilderd

Wie kent de betekenis van het dubbelgehoomd in drie gebroken figuur in de rechter bovenhoek?

Pinksteren met de vurige tongen die de nederdaling van de Heilige Geest symboliseren. Bij analoge ajbeeldingen krijgt Maria meestal wel, soms ook geen vurige tong,








Het Het doksaal en het orgel werden ongeveer samen uitgevoerd. Het doksaal werd doorCamiel Lippens uit Gentbrugge vervaardigde in 1899 en de doksaalbalustrade is naar een ontwerp van De Noyette uit Ledeberg. C. Lippens leverde ook nog twee laat-19de eeuwse biechtstoelen.

Het orgel werd in 1890 door de gebroeders Vereecken uit Gijzegem vervaardigd. De orgelkast komt voor als een drieluik waarvan de middenpartij als een torenbouw uitsteekt. Het orgel met twee klavieren en zelfstandige pedaal. Samen vormen doksaal en orgel een neogotisch ensemble in een ruime kerk die zowel naar architectuur als naar meubilair een eenheid vormt. Het orgel is tevens opgenomen als beschermd monument in 1976. De restauratie werd in 1994 uitgevoerd.

Het triomfkruis dateert uit de 17de eeuw.


Bron: Heemkundige Kring Overmere

Willy De Schepper